'

Amerika here we come !                   De route.

Deze reis werd verzorgd (boekingen enz. door Doets in Alkmaar. Sommige van de hotels zouden nooit door onszelf uitgekozen zijn (luxe).
   1e dag 23 juni 1993

Vlucht van Amsterdam-Schiphol naar Parijs en dan naar San Francisco. Na aankomst op eigen gelegenheid naar het Richelieu-hotel.

We zouden vandaag om half acht met een taxi naar het station gebracht worden, maar hij kwam een kwartier eerder. Dus we konden ook een trein eerder nemen (8:47). Het was een dubbeldekker en we zaten eerste klas. De trein bracht ons naar Amsterdam Centraal station en vandaar gingen we met een Belgische trein naar Schiphol. Het station van Schiphol is in een tunnel gebouwd.

Eenmaal op Schiphol liepen we met een speciaal kofferkarretje naar de informatiebalie. Daar stond ook Marco Bakker.

Toen we later door de pas-controle waren en ingecheckt hadden, moesten we blijven wachten tot half elf voordat we konden instappen. Dat werd dus ongeveer kwart over elf. We zaten in een Airbus A 320. We kregen een ontbijt aan boord en na 46 minuten waren we in Parijs. Daar eerst nog een stukje met de bus over het vliegveld en toen moesten we hard lopen om op tijd te zijn voor de vlucht naar San Francisco. Het vertrek werd ook dit keer vertraagd, omdat er nog een mevrouw uit Libanon mee moest die kennelijk verdwaald was op de luchthaven.

Het vliegtuig waar we nu in zaten was veel luxer dan de Airbus. Het was een Boeing 767-300. We zaten in rijen van [2-3-2]. Eerst zat Waldo aan het raam en ik ernaast en ma in de middelste rij. Na een paar uur hadden Waldo en ik gewisseld.

De topsnelheid tijdens deze vlucht was (na 9 uur en 19 min) 944 km/uur (grondsnelheid). De grootste hoogte was 11900 m en de buitentemperatuur schommelde tussen de -51 en -59°C.

Na eerst een stuk over Frankrijk gevlogen te hebben, kwam een groot stuk Engeland en Schotland. Dan water. Later nog een stuk Groenland met veel ijs. Vervolgens een groot stuk Canada met ijs en moerasvlaktes. Daarna Amerika met zo nu en dan een dorpje, riviertje, landschapje enz. alles steeds afgewisseld met wolken.

Onderweg kregen we een vliegtuigmaaltijd met drinken naar wens. Sonja en ik namen champagne, Waldo cola. Ik stootte Waldo's cola per ongeluk een keer om, zodat hij een tijd nat zat.

Er werd nog een keer gevraagd wat we wilden drinken.

Later tijdens de (toch wel lange) vlucht pakten we zelf maar wat te drinken uit de lounche. Als je het toilet doortrok, verdween alles met een klap. Naar buiten?

Het bestek, kleine maat toch wel handig, mochten we houden (ik heb het gevraagd), de koptelefoon, waarmee je onderweg naar allerlei programma's kon luisteren en de deken moesten we teruggeven.

We kwamen om 1:09 uur Nederlandse tijd (24 juni) aan in San Francisco; lokale tijd 15:45. Dus 9 uur tijdsverschil. De vlucht duurde dus ca. 11 uur!

Nadat we de koffers van de ronddraaiende band hadden gepakt, moesten we door een aantal controles. Tegen de verwachting in ging dat tamelijk snel. Toen stonden we buiten. Er kwam een man naar ons toe die ons wel wilde vervoeren. Ik wilde dat niet en zocht een taxi. Hij zei waar die stond en daar ging Waldo's eerste dollar. De taxi bracht ons door de grote drukte (er was net een grote honkbalwedstrijd afgelopen) naar het hotel. $40

In het hotel bracht iemand de koffers voor ons naar de kamer. $5 De kamerdeur moest met een elektronisch pasje geopend worden en binnen moest je op een knopje drukken. Er stond een twee- en een eenpersoonsbed, een tafel met twee stoelen en een bureau met een stoel. Verder televisie, telefoon en wekkerradio. Er was een badkamer met douche en nog een speciale opbergkamer. Deze kamer kostte normaal per nacht voor drie personen tussen de $115 en $175. Toen we aan de hor van het raam kwamen, viel deze eruit, een heel eind naar beneden.

Na even te hebben gerust gingen we de stad in. Met de beroemde cablecar reden we naar de Fisherman's-Wharf. Een toeristencentrum met allerlei winkeltjes enz. Bij Pier 39 hebben we zeeleeuwen gezien en we dronken er wat. Daarna reden we met bus 42 terug naar het hotel. Toen slapen. Na een dag en een dag van 24 uur lang wakker blijven.

2e dag 24 juni

Het was warm in de stad. De heetste dag sinds 1976. Temperaturen van 100 tot 110°F (ofwel 38-43°C). Na het ontbijt in het hotel $ 4,50 pp (2 sneetjes toast of twee donuts en slappe koffie) gingen we weer de stad in. Bovenop een heuvel (flink klimmen) hadden we een mooi zicht op de Golden Gate Bridge.

Als lunch aten we in Chinatown Dim Sum voor $ 25.  Erg veel verschillende gerechten niet allemaal even lekker. Sonja vond alleen de thee lekker! Waldo kocht ergens T-shirts. We zagen het bochtigste straatje ter wereld (Lombard street) en enkele wolkenkrabbers. We reisden veel met de bus, wat een dollar per persoon kostte. Je kunt dan één keer overstappen.

Uit het raam van het hotel was een bord te zien van een Ferrari-garage. Deze bestond echter niet meer.

Vlak bij het hotel ontdekte Waldo een Ferrari-dealer. Hij mocht er filmen. De volgende dag zou hij er een T-shirt kunnen kopen. Waldo schrok op een gegeven moment vreselijk toen een man met een luide schreeuw tegen een vuilnisbak aanschopte. De reden was onduidelijk.

Bij de Fisherman's Wharf zat, op de hoek van de straat, een neger met in zijn beide handen een paar takken die hij voor zich hield. Als er mensen dan vlakbij waren, deed hij ze uit elkaar en riep boe. Wij schrokken en vele anderen deden dat ook. Hij deed het als een soort act, maar kreeg er nauwelijks geld voor.

We vonden ook een soort supermarkt waar wel 10-20 bieren te koop waren die ik niet kende. We waren te ver van het hotel om wat mee te nemen. De volgende dag zou er ook geen tijd meer voor zijn. Wel jammer!

3e dag 25 juni

Vroeg op en de auto ophalen. De stad verlaten via de Oakland Bridge.

Oakland, Mac Arthur 580 south.

580 east, Dublin, 580 east, Tracy, Banta, 120 east, Manteca, Oakdale, Jamestown, Sonora.

In Jamestown de lunch gebruiken. Bezoek aan het Columbia State Park. Een buitenmuseum vol met herinneringen aan de Gold Rush. In Jamestown "Goldpannen".

Terug via Chinese Camp, Moccasin, Coulterville, Bear Valley, Mariposa, Bootjack, Oakhurst, Bass Lake Pines Resort hotel.  Misschien wel een van de mooiste plekjes van Yosemite aan een schitterend meer.

We stonden vroeg op en vroegen bij de balie hoe we (met welke bus) we naar het autoverhuurbedrijf konden komen. Een meisje zei dat we wel gebracht konden worden met de limousine van het hotel! En even later zaten we prinsheerlijk in een grote zwarte Lincoln die ons naar het Alamo-autoverhuurbedrijf bracht.

Daar konden we, na wat formulieren ingevuld te hebben, de auto uit de garage halen.

Een Pontiac Grand Am (SE Sports Sedan). Kenteken 3 BVF 452, km stand 19289. Vervolgens reden we naar de Ferrari-dealer, waar Waldo zijn T-shirt kocht en een brochure kreeg.

Bij het hotel laadden we zelf onze koffers in (besparing) en reden weg. Door San Francisco ging het vlot ondanks de drukte. Bij Oakland reden we even verkeerd, maar dat was snel hersteld. Het "goudpannen" in Jamestown bleek wat "grabbelen"in een bak blubber waar de eigenaar wat goudsnippertjes in gegooid had. Daar hadden we geen zin in. Het was vreselijk warm buiten. We kwamen een winkeltje tegen (The Bagel Bin) waar we op het terras een broodje aten.

Volgens de bovengenoemde route kwamen we over bochtige wegen die omhoog en omlaag gingen bij het Yosemite National Park. Daar kochten we een Golden Eagle pas waarmee je vrije toegang kreeg tot alle Amerikaanse Nationale Parken.

Door het park kwamen we bij ons hotel dat een 2-onder één kap chalet bleek te zijn. Het meisje dat ons aan de balie hielp sprak wat Nederlands. Ze bleek een Nederlandse moeder te hebben. De helft van het chalet bleek voor ons. Weer televisie, koelkast en een complete keuken. De slaapkamer was beneden. Het lag vlak bij een groot meer waarop met boten werd gevaren. We kochten eerst wat eten en drinken bij een supermarkt. Om ca. 21:15 gingen we moe naar bed.

4e dag 26 juni

Bass Lake is een ideale basis om Yosemite NP te gaan verkennen. Via de South Entrance rijden we Yosemite binnen en bezoeken de Big Trees, de Sequoia's, die hier al tenminste 2000 jaar staan. Dan rijden we naar de Valley en wandelen langs de watervallen en langs El Captain, het beroemdste gigantische brok graniet van Yosemite. Half Dome en Mirror Lake, Indian Village en het Indian Cultural Museum zijn ook de moeite waard. De terugweg naar Bass Lake gaat via de weg 120 en weg 46 of weer door het zuidelijke deel langs de Big Trees.

We reden vandaag nog eens een (bochtig) stuk door Yosemite. Hier bekeken we o.a. een waterval. Eerst op afstand, daarna liepen we er naar toe. Je voelde steeds meer de waterdruppeltjes en je voelde een koele wind. Vlakbij was een brug over het riviertje en als je daar te lang stond werd je echt nat. Verder in het park waren de parkeerplaatsen, als er iets te zien was, druk bezet. Erg veel bloemen of andere bloeiende planten waren er niet te zien.

Door de vele bochtige wegen voelde Waldo zich niet goed en Sonja had bij het zitten in de auto en liggen op bed pijn. Ikzelf kreeg tijdens het eten een flauwte en ging eerst op bed en toen in bad liggen. Dat hielp.

Het rijden in de auto is soms wat lastig. De keus is: P=parkeerstand, R=achteruit, N=neutraal, D=rijden, 2=lagere versnelling voor heuvels en 1=laagste versnelling voor steile heuvels. De auto rijdt fantastisch soepel, trekt zeer snel op en remt nogal fel. Dat laatste is nogal lastig omdat ik soms bij het schakelen de koppeling wil intrappen (die er niet is) en dus flink op de rem trap. Lastig voor achterop komende auto's.

De benzine kost ca. $1,28 voor regular en $ 1,48 voor super. En dat dan per gallon (3,785 l).

De ramen kunnen elektrisch op en neer, de airconditioning kan flink koelen (als je dan uitstapt is het erg warm), de motorkap, de achterklep en het benzineklepje kunnen van binnenuit opengedaan worden en de auto heeft centrale deurvergrendeling.

5e dag 27 juni

Van Bass Lake, Oakhurst, Coarsegold, 41 south, Fresno, 180 east, Centerville, door park naar Three Rivers Best Western Holiday Lodge.

Ook deze dag staat in het teken van een National Park:Sequoia.

Stille bergen, schitterende panorama's op Mt.Whitney, prachtige natuur. Wandeling maken van 1,2 of 3 uur.

Tegen 9 uur vertrokken we. Bij Clover, een plaatsje net buiten Fresno dachten we verkeerd gereden te zijn. We vroegen de weg bij een benzinestation. Na een aantal mijlen in de aangegeven richting gereden te zijn (tussen de sinaasappelboomgaarden door) aarzelden we en reden terug. Bij een fruitstalletje kochten we wat frambozen en nectarines en hoorden hoe we moesten rijden. Toen we keerden om weg te rijden kregen we nog wat kersen voor onderweg.

Na een tijdje reden we Sequoia National Forest binnen en even later konden we onze Golden Eagle pas gebruiken om het Sequoia National Park binnen te rijden.

We zagen veel grote en kleinere Sequoia's en ik vond een slangenhuid. Het rook er heerlijk harsachtig.

Buiten het park, toen we stopten, zagen we veel grondeekhoorns (die we later ook vaak tegenkwamen). Borden waarschuwden voor beren en raadden aan om voedsel goed en onzichtbaar op te bergen.

Bij het hotel zaten we al snel in de bubble-pool (heet) en zwommen daarna. We aten in een Italiaans wegrestaurant voor $34. We logeerden 1 nacht.

6e dag 28 juni

Van Three Rivers, 198 west ,Visalia, 99 south, Bakersfield, 58 east, Barstow, ghosttown Calico. Vlak voor Las Vegas linksaf, Arden, Blue Diamond, Las Vegas. Bourbon Street Hotel.

Via Visalia (hier het ontbijt gebruiken in centrum met Victoriaanse huizen), even na Barstow kunt u een bezoek brengen aan "ghosttown" Calico.

Vervolgens passeren we de grens tussen California en Nevada.

Onderweg, in coffeeshops of benzinestations, zijn bonnen of folders te krijgen voor kortingen in Las Vegas.

Om 6:45 opgestaan, om om 7:05 het ontbijt op te halen. Waldo had ontbijt op bed, Sonja en ik aan tafel. Zoete koeken met sinaasappelsap en koffie (thee).

Vanaf Three Rivers tot Las Vegas een (meestal) 4-baansweg, max. snelheid 55-65 mile/h, soms met een slecht wegdek.

Het plaatsje Visalia viel tegen; we kochten er wel wat medicijnen in een supermarkt. We reden een groot stuk door de woestijn. Saai, stenig met allemaal dezelfde lage plantengroei.

We bezochten onderweg in Boron het Twenty Mule Team museum. Het ligt in het gebied waar borax-mijnen zijn. De karretjes werden vroeger door muilezels getrokken. In het museum was vooral de ouderwetse haarkrulset leuk.

We bezochten ook het spookstadje Calico. Eerst moesten we entree betalen en daarna moest voor elke bezienswaardigheid nog eens betaald worden. We namen alleen het treintje à $1,95 pp. Het was na ca. 5 minuten weer terug op het vertrekpunt. We voelden ons genomen en het was heet! (soms 45°C).

Vlak voor Las Vegas wilden we omweggetje maken (volgens de kaart een mooie route). Door een misverstand en benzinegebrek ging dat niet door.

Het hotel in Las Vegas is tegelijk casino. Makkelijk dus. De kamer kost voor drie personen tussen de 80 en 140 dollar.

's Avonds zijn we een aantal casino's langs gegaan. Buiten waaide er een hete wind! Zodra we ergens binnen waren was het een stuk koeler. De verlichting buiten is kleurrijk en uitbundig.

We kochten wat te drinken in een avondwinkel. Ik kocht een flesje bier dat ik buiten onder het lopen opdronk. Sommige mensen keken wat vreemd, wat mij er aan herinnerde dat je in Amerika op straat geen drank mag gebruiken. Daarom zie je vaak een fles in een papieren zak zitten.

Sommige casino's/hotels zijn enorm groot. Met grote winkelgalerijen en soms shows boven, en casino's beneden. Eén zag eruit als een rivierboot en toeterde soms ook nog. We hebben één keer gespeeld met een paar kwartdollars, waarbij Waldo een netto resultaat van 6 dollar haalde. Kassa dus!

Bij een ander casino stonden veel mensen te wachten langs een hek om de grote tuin. Er zou kennelijk iets moois te zien zijn. Maar na een hele tijd gewacht te hebben vertrokken zij en wij zonder iets gezien te hebben.

In één van de kunstgalerijen boven een casino werden schilderijen van Renoir, Picasso en etsen van o.a. Rembrandt te koop aangeboden voor enkele duizenden tot $50.000.

Na twaalven kwamen we doodmoe op de kamer terug.

7e dag 29 juni

Las Vegas, Interstate 15, na ± 50 km rechtsaf en weer terug op de 15, Mesquite, tot afslag rechts naar Togerville, La Verkin, Virgin, Rockville, Springdale . Best Western Driftwood Lodge.

Zo'n 50 km buiten Las Vegas ligt het State Park "The Valley of Fire". Prachtige rotsformaties en versteende bomen. Vervolgens richting Utah voor een bezoek aan Zion National Park.

Prachtige kleuren, een rijke vegetatie en bijzonder mooie canyons.

Ca. 9 uur vertrokken we, nadat we flessen met water en ijsblokjes gevuld hadden (elk hotel heeft her en der ijsmachines staan). Het drinkwater smaakt vaak wel een beetje naar chloor.

We hebben al een paar keer gemerkt dat we, ondanks of dankzij de airconditioning in de auto, toch snel dorst krijgen.

Even buiten Las Vegas reden we via het natuurpark "The Valley of Fire". Veel woeste rotsen, weinig variatie in de plantengroei, een mooi meertje en geen indianen (het was een reservaat). In het visitorcenter zagen we wel veel interessants.

Terug op de Interstate 15 north konden we snel opschieten met ca. 73 mph (max. was eigenlijk 65 mph).

Onderweg stopten we nog een keer om wat te drinken en yoghurtijs te kopen. Dat is erg lekker als het vers gemaakt wordt.

Terwijl Waldo wat televisie ging kijken in het hotel, gingen Sonja en ik nog wat van de omgeving bekijken met de auto. Veel mooie rotsformaties, cactussen en veel toeristen.

Sonja zag ook nog een paar prairiehondjes en wat grondeekhoorns. In een winkel met sieraden en stenen kochten we een zakje met "Rattlesnake eggs". Groot succes! Zelfs jaren later nog!

We aten op de kamer wat meegebrachte hamburgers en friet. Om 9 uur gingen we naar bed.

8e dag 30 juni

Springdale, Mount Carmel Junction + Carmel, Glendale, Long Valley, tot afslag naar rechts, tot weer afslag naar rechts, hotel zoeken. Bryce Canyon Lodge Motel.

Na het ontbijt Zion National Park verkennen door een route te rijden langs alle uitzichtpunten en langs de North Fork van de Virgin River. In de loop van de morgen Zion verlaten en naar Bryce rijden. Bryce National Park is beroemd om de zachte kleurschakeringen van wit naar rose/oranje/rood en de vele "torens"in het gebergte.

's Morgens eerst nog een hoed voor Waldo gekocht. Daarna het 2e deel van Zion bekeken. Dan een vlak gedeelte en we reden Bryce NP in. We zagen twee herten aan de kant van de weg liggen. Waarschijnlijk aangereden.

Bij het hotel kwamen we 3 uur te vroeg aan, zodat we eerst een aantal uitzichtpunten konden bezoeken. Heel anders dan Zion park. Erg mooi!

Er waren mensen die langs de helling over een smal paadje naar beneden gingen. Maar het was heet, het pad was smal en soms glad door grind zodat wij van zo'n tocht afzagen.

Bij elke parkeerplaats weer veel grondeekhoorns. We zagen ook een stinkdier die zich snel in een pijp onder de weg verborg en er niet meer uitkwam.

De hotelkamer (in een houten gebouw) is iets kleiner dan we gewend zijn, geen airco, geen t.v., wel bad, telefoon. Volgens de manager (en het stond ook zeer onduidelijk op het voucher), was er voor 2 volwassenen gereserveerd (kamer 109).

We horen onderweg regelmatig Nederlands spreken dus we zijn hier niet de enige Nederlanders. Ik ontmoette bij het hotel een meisje die vroeg of we dezelfde naam hadden. Iemand bij de Alamo-garage in San Francisco had gezegd dat iemand met dezelfde naam net een auto gehuurd had. Ze maken dezelfde tour als wij (ook via Doets reisbureau), dus pas in de Grand Canyon, als wij wat langer blijven, raken we ze kwijt.

Terwijl ik dit schrijf zitten Sonja en Waldo op het balkonnetje de grondeekhoorns brood te voeren.

We zijn het park uitgereden om ergens te gaan eten. Er was een rodeo aan de gang, maar we zijn niet wezen kijken. Er wapperden allemaal Nederlandse vlaggen. Ik denk dat ze hier dezelfde vlag hebben als wij. Er waren herten van vlakbij te zien. Na lekker te hebben gegeten, 2x steak, 1x forel, salade 2x, 1x soep en 3 glazen slice ($32,75 dus $38 inclusief), weer terug naar het hotel en spoedig slapen.

9e dag 1 juli

Bryce Canyon hotel, Tropic, Cannonville, Kodachrome Basin, Big Water, exit Page, heuvel op, 2e hotel rechts. Best Western Weston Inn.

De ochtend gebruiken om Bryce Canyon te zien om na de lunch richting Page te rijden. Page ligt aan Lake Powell en was zo'n 35 jaar geleden een werk- en verblijfplaats voor de arbeiders die aan de Glenn Canyon Dam werkten.

Nu is het een moderne stad met alle comfort.

Om 8 uur opgestaan en om 9 uur op weg. Te laat kwamen we tot de ontdekking dat we de ochtend nog hadden kunnen gebruiken om meer van het park te zien. We reden dus al vlot naar Page.

Onderweg liet ik Sonja een stukje rijden om te laten voelen hoe dat was. Toen Sonja niet meer wilde, zei Waldo (voor de grap) dat het nu zijn beurt was.

Waldo:"En ik mocht ook nog. Ik achter het stuur van een 3,3 liter 6 cilinder Pontiac. Langzaam optrekken en weg was hij. Door de automaat en stuurbekrachtiging was hij gemakkelijk te rijden. Op een weg (max. 55 mijl per uur) die zo recht is en met zo'n mooie auto ga je al snel te hard. Plotseling reed ik over de 65 mph. Dus maar weer afremmen. Na een paar kilometer (minuten) moest ik (helaas) weer stoppen en kroop pa weer achter het stuur".

Page is nog niet zo oud. Opvallend was dat langs een bepaalde weg wel 10 verschillende kerken naast elkaar stonden.

We kochten voor Waldo in een zeer grote supermarkt een Nintendo Game Boy Computer met een extra spelletje. Volgens Waldo was hij hier veel goedkoper dan in Nederland.

Sonja en ik bezochten een klein museum gewijd aan Powell. Degene die de Colorado-rivier in kaart heeft gebracht.

's Avonds aten we taco's in een Taco Bell restaurant. Ze zijn wel lekker maar een beetje klein. Om een uur of 10 gingen we slapen. 's Nachts moest de airco een paar keer aangezet worden om de slaapkamertemperatuur wat te verlagen.

10 e dag 2 juli

Page, 89 south, Cedar City, dinosaurus-sporen, Cameron, rechtsaf naar Grand Canyon, 64, Desert View, Tusayan. Red Feather Inn.

De route loopt door de Painted Desert en door een gebied dat door de eeuwen heen bewoond is door de Hopi indianen. We komen rond de middag in de Grand Canyon aan en logeren 3 nachten.

Om ca. 9 uur vertrokken. Onderweg grote stukken woestijn, grotendeels indianengebied. De indianen leven in kleine huisjes, hutjes en stacaravans. Langs de weg veel stalletjes waar ze sieraden, aardewerk en beschilderde spaanplaat te koop aanbieden. Er worden ook een soort gehaakte "spinnewebben" te koop aangeboden. Dat zijn "dreamcatchers". Bedoeld om in de slaapkamer aan de wand te hangen om de boze dromen tegen te houden. De mooie zijn wel erg duur. Steeds maar weer borden langs de kant van de weg waarop vermeld werd dat er weer stalletjes aankwamen.

De dinosaurus-sporen die op de kaart aangegeven waren misten we. Vervolgens reden we het gebied van de Grand Canyon binnen. Onderweg waren al verschillende uitzichtpunten waar het begin van de Canyon te zien was.

De entree van het park was $10, dus onze Golden Eagle pas brengt zijn geld op.

Het hotel is pal tegenover de helicopterhaven waar we morgen een vlucht gaan maken. De helikopters scheren regelmatig over ons hotel. Per helikopter 4 of 6 mensen á $80 voor een half uurtje.   Kassa voor ze dus!

De hotelkamer is de kleinste en de minst aantrekkelijke tot nu toe en kost $100 per overnachting. Toen we de tafel bij binnenkomen wat verschoven, viel de airco wat uit elkaar. Buiten liepen een paar mensen van de onderhoudsploeg, dus ik riep iemand. Even later werd het apparaat provisorisch gemaakt. Nog wat later zag ik dat het hor voor het raam wat verbogen was. Misschien van een ruwe behandeling of van een poging tot inbraak. Opnieuw iemand erbij, die het hor er uit haalde en voor een nieuwe zou zorgen. Maar dat was 's avonds nog niet gebeurd, dus we sliepen met het raam dicht en de airco aan. Wel lawaaierig! De volgende dag meldde ik het bij de balie waarna we snel een nieuw hor kregen.

Aan de overkant van het hotel is het Quality Inn Hotel. Uit nieuwsgierigheid gaan we daar ook even binnen kijken. Een kamer kost daar $ 129. Maar ze hebben wel een zwembadje en het ziet er een stuk luxer uit.

We kochten bij Taco Bell 3 bakjes ijs (frozen yoghurt), 2 medium en een kleine, zonder eerst naar de prijs te kijken. Het kostte wel $ 8,37 ofwel F16,- !

We hebben gegeten bij "We cook pizza". We bestelden een kaaspizza van 14 inch (35,56 cm in doorsnee), een bier en een glas fris. Op afroep werd dan geleverd. De pizza met een paar (papieren) bordjes erbij, zodat we met z'n drieën konden eten. De frisdrank kon ook weer zonder kosten worden bijgevuld. Verschillende keren kwamen jongelui van buiten om hun beker gratis met frisdrank bij te vullen. Dat is dus niet de bedoeling.

11e dag 3 juli

Vroeg op om van de zonsopgang te genieten. Dan naar ± 1 km N. van Grand Canyon Airport voor de helikoptervlucht, aanwezig ± 7:30 uur.

Om ca. 6:30 opgestaan en om 7:30 staan we aan de overkant bij de helikopterhaven. De vlucht met de helicopter had ik in Nederland al geboekt. We krijgen eerst een videofilm met een briefing. We moeten onze gewichten opgeven, naar later blijkt wordt aan de hand hiervan bepaald waar je komt te zitten in de helikopter. Dan lopen we in ganzepas naar het toestel dat al met draaiende wieken klaar staat.

Sonja mag voorin naast de piloot zitten (de mooiste plaats). Waldo zat, met nog iemand naast zich er achter en vloog achteruit. Daartegenover zat ik met nog iemand naast me. Waldo en ik zaten wel aan de kant met het mooiste uitzicht. Een enkele keer wees de piloot iets aan, door via de koptelefoon die we op hadden, iets te zeggen. Verder speelde er muziek.

Het uitzicht was schitterend door de grote ramen. Eerst bos, waar geen leven te zien was, dan over de rand. Voor Sonja was dat schrikken, omdat ze onder haar voeten eerst de grond zag en toen opeens het grote gat. De helikopter schudde zo nu en dan, wat een minder leuk gevoel was. Onderweg was de modderige Coloradorivier te zien als een glinsterend stroompje. Vroeger was deze rivier helderder en woester, maar door de stuwdammen (electriciteit) is de rivier "getemd". Aan de overkant werd een bocht gemaakt, waarbij we flink scheef hingen. Nog een minder leuk gevoel. Met een grote boog vlogen we weer terug naar de vertrekplaats. Eerst nog laag over een camping, dan een bocht naar het grasveldje en vervolgens zette de piloot het toestel zachtjes op de grond. Koptelefoons afzetten, riemen los en uitstappen. Het was een prachtige ervaring. Waldo was wat misselijk geworden.

Terwijl Waldo wat bleef uitzieken met een hoestdrankje reden Sonja en ik richting Flagstaff. Onderweg reden we een zijweg in (grindpad). De weg werd langzaam slechter. Onderweg zagen we een paar bloeiende cactussen en veel mierenhopen. Ook dode bomen en uitgedroogd hout dat erg fotogeniek is.

Nadat we weer even terug geweest waren in het hotel, reden we weer het park in naar El Tovar. Een in begin 1900, van hout gebouwd hotel. Je kon er doorheen wandelen (zeer luxe) en de giftshop bezoeken. In de coctailbar hebben we een glas Grand Canyon bier gedronken. In de bar zag ik ook een kennelijk "echte" Amerikaan zijn bier drinken. Hetzelfde bier als wij, alleen kreeg hij zijn glas (kennelijk uit de vriezer) gevuld met ijs waarin hij dan steeds een scheutje bier goot. Wat een barbaar!

Ergens anders in het park bekeken we een voormalige fotostudio, waar nu sieraden enz. verkocht werden. We kochten 2 stenen (woestijnroos en hematiet) en een kalender.

Daarna bezochten we vlak bij het hotel het Imax Theater. Dit is een grote bioscoop met een enorm groot filmdoek en een grote geluidsinstallatie. De film ging over de Grand Canyon, de voormalige bewoners (indianen), de tocht door de Canyon van Powell en de eerste ontdekking door de Spanjaarden. Met spectaculaire beelden vanuit een vliegtuig, helikopter, hangglider, klein bootje, groot vlot en te voet.

Daarna haalden we koffie om op de hotelkamer op te drinken.

Om kwart over zes gingen we eten in het steakhouse aan de overkant. We bestelden 3 steaks van 12 oz en kregen er salade, een gepofte aardappel in schil en aluminiumfolie, een stukje maïskolf en een kommetje bonensoep bij. We bestelden ook Rattlesnake bier dat we uit een soort inmaakpotje moesten drinken (typisch local volgens de kelner). Waldo dronk fris met ijs. Alles bij elkaar (inclusief tax en service) kostte dit $ 58,30.

Daarna reden we naar een uitzichtpunt waar het al vreselijk druk was. Daar hebben we met vele anderen de zon onder zien gaan wat een kleurrijk schouwspel was. Tegelijkertijd kwam aan de andere kant de volle maan op. Ook een mooi gezicht. Op de terugweg deden we nog wat inkopen in de supermarkt, omdat we dachten dat deze de volgende dag (zondag en nationale feestdag) gesloten zou zijn. Dat is dus niet zo!

Volgens een ranger gebeuren in de Grand Canyon jaarlijks 10-20 dodelijke ongelukken (inofficieel cijfer). En vele andere ongevallen. Dat is wel te begrijpen als je ziet hoe ver sommige mensen zich naar de rand durven begeven.

12e dag 4 juli

Nationale feestdag

's Morgens om half 9 na het ontbijt weg. Om kwart voor 10 sloten we aan bij een groepje dat onder leiding van een ranger de fossielenroute zou nemen. Dit begon om 10 uur met een inleidend verhaal van ranger Trish, een vriendelijk meisje.

Daarna liepen we een paar honderd meter en liet ze ons wat fossielen zien die in de directe omgeving te vinden waren. Vervolgens deelde ze fotokopieën uit en legde her en der wat plaatjes neer, vlak bij de plek waar de fossielen te zien waren. Ze beantwoorde vele vragen en na een half uurtje ruimde ze alles weer op en was het afgelopen.

Toen gingen we kijken of we met de gratis bus mee konden naar de uiterste punt, de Westrim. De rij wachtenden was zo groot dat we besloten eerst maar ergens anders te gaan kijken. Na een koffie met een soort Vietnamese loempia genuttigd te hebben, bezochten we weer wat uitzichtpunten. Op een gegeven moment hoorden we doedelzak muziek! Het bleken een aantal Schotten te zijn die hun doedelzak op vakantie hadden meegenomen. Het klonk erg leuk zo vlak bij de Canyon.

Tenslotte reden we weer terug naar het vertrekpunt van de bus. De bus komt om het kwartier en kan (ook in de aanhanger) veel mensen meenemen. Onderweg is 8x de mogelijkheid om in of uit te stappen. Wij reden in één keer naar het eindpunt. Daar kocht Sonja voor Ester een indianenpopje.

Na wat gedronken en gegeten te hebben, reden we met een kleinere bus weer terug. Onderweg zagen we nog bloeiende cactussen en een bloeiende cassaveplant.

Na een paar boodschappen gedaan te hebben, kwamen we terug in het hotel. Het waaide deze dag zo hard dat er geen helikoptervluchten waren. We hebben gisteren dus wel geluk gehad.

We aten nog eens pizza en maakten ons klaar voor vertrek van de volgende dag.

13e dag 5 juli

Vanuit het hotel terug naar Cameron, 89 north tot rechtsaf de 160, Tuba City, Cow Springs, Kayenta, 163 north, linksaf Goldings Lodge.

We logeren 1 nacht in Goldings Lodge.

Terug door het park waar we noodgedwongen 5 gallon dure benzine kochten.

Via een saaie weg naar Tuba City (een gehucht) met een benzinestation waar we vol tanken. Dan weer een saaie weg totdat we een bord dinosaurus-sporen zagen. We sloegen af en stonden even later bij een paar stalletjes van de indianen. Een jongetje bood ons aan om de sporen te laten zien. Ik vroeg wat dat kostte en hij zei dat we dat zelf mochten bepalen.

Hij gaat ons voor en laat ons de sporen zien. De een is wat duidelijker dan de ander maar ze zijn echt. Een is er nat gemaakt om hem extra goed te laten uitkomen. De jongen vraagt of we ook nog een teennagel willen zien. En ook dat is een mooi fossiel!

Hij verteld dat er ook slangen voorkomen (ook ratelslangen), maar die komen bij zulke temperaturen niet tevoorschijn. We bedanken de jongen voor de uitleg en geven hem 3 dollar, die snel in zijn broekzak verdwijnen.

We rijden tot vlak bij Monument Valley en gaan dan in een supermarkt boodschappen doen. Omdat we al in een indianenreservaat zitten, worden er geen alcoholische dranken verkocht.

Er staan ook een paar indiaanse vrouwen in klederdracht. Erg mooi om te zien.

Na een heuvelrug overgestoken te zijn, rijden we in het park. Her en der staan eenzame rotsen. Door de kleur en vorm zijn ze zeer fotogeniek. Overal waar ze het mooist uitkomen en je met de auto stoppen kunt, staan indianen met verkoopstalletjes. Eén keer moeten we remmen voor een paar overstekende schapen. Dit is het gebied waar veel cowboy/indianenfilms zijn opgenomen.

Het hotel/motel ligt heel mooi tegen een berg aan. De kamer is één van de betere en het uitzicht erg mooi.

Na het uitpakken rijden we naar het visitorcenter. We moeten entree betalen omdat het in het indianengebied ligt. De tijd is ook weer een uur verder dan in de rest van Arizona. Op de parkeerplaats wordt van alle kanten aangeboden om tegen betaling een jeeptour te maken. Dat doen we niet, maar we rijden met onze eigen auto in de eerste versnelling over een slechte en stoffige weg een klein stukje tussen de bergen door.

Terug bij het hotel gaan we eerst wat zwemmen in het overdekte zwembadje. Dan douchen en naar het restaurant. Een kipfilet met frites, zwartebonensoep, groentesalade en ijsthee. Ze draaien in het restaurant mooie muziek en bij het afrekenen vraag ik welke dat is. Het blijkt indianenmuziek te zijn die in de giftshop op cassette te koop is. Dat kan nog net hoewel de winkel al gesloten behoort te zijn.    's Avonds wat lezen en naar bed.

14e dag 6 juli

Gouldigs, Mexican Hat, Mexican Bluff, dan 191 south, Mexican Water, Rock Point, Round Rock, Many Farms, Chinle. Canyon de Chelly.

We logeren 2 nachten in de Thunderbird Lodge.

Om kwart over 7 stonden we op. Maar dit was in de plaatselijke tijd al een uur later. Na het ontbijt en de auto inpakken, bezochten we nog het Gouldings museum. Leuk ingericht en op de bovenverdieping naast de woon- en werkkamer van de voormalige bewoners was een ruimte waar informatie werd gegeven over de films die in dit gebied waren opgenomen.

Daarna reden we door een landschap met veel verschillende soorten bergen. Soms interessant, soms eentonig. We stopten bij een soort supermarkt om te zien of er ook koffie te krijgen was. Dat was zo, maar toen ik die wilde afrekenen bleek de koffie gratis te zijn! We kochten toen maar wat koekjes. Onderweg mocht Waldo weer een stuk rijden, wat hem goed afging.

We kwamen tegen kwart voor 2 bij hotel Thunderbird. Maar toen we ons probeerden te laten inschrijven bleek dat we bij hotel Holliday Inn moesten zijn. Een mijl terug ongeveer.

De kamer bleek weer een van de betere en er was weer een zwembadje waar we al snel in lagen. We hebben nog nooit zoveel gezwommen als in deze vakantie. We praten wat met een Amerikaan over onze vakantie-ervaringen en met een paar Nederlanders in de whirlpool.

Daarna gingen we naar het vlakbij gelegen visitorcenter waar we een kaartje kochten van de omgeving. Met dit kaartje maakten we een tochtje bovenlangs de canyon waar we morgen met de jeep doorheen gaan.

We zagen een hoge rots met een wat witte bovenkant. De volgende dag zouden we horen dat de ouders van indianenkinderen vertelden dat het wit ontstaan was van de botjes van stoute kinderen.

Het laatste stuk weg is erg slecht, met gaten van wel 20 cm diep en een halve meter in doorsnee. We kochten van een indianenmeisje nog een ketting van voor Waldo. Toen we voorzichtig rijdend weer terug waren bij het hotel, reden we nog wat verder naar het plaatsje Chinle, waar we in een drive-thru restaurant wat kip, aardappel, groente en ijsshake namen.

$ 16,82. Terug in het hotel dronken we wat, lazen we, schreef ik en we keken wat televisie. De dans van de indianen misten we.

15e dag 7 juli

Vroeg opstaan om de Jeeptour te maken (vertrek ± 9 uur 's morgens

Om kwart voor 9 lokale tijd stonden we met een aantal Amerikanen te wachten op ons voertuig. Er stond er een klaar om te vertrekken en een lege met twee lange banken in de achterbak. Om ca. 9 uur kwam een wagen aanrijden met allemaal tweepersoonsstoelen maar die bleek voor de dagtour.

Ca. 7 over 9 kwam ons voertuig aanrijden, gelukkig ook met tweepersoonsstoelen en een bank aan de achterkant. Daar gingen wij zitten. De chauffeur telde de mensen en reed weg. Vlak bij de ingang van de canyon stopte hij en stelde zich voor (hij was een rasechte Navajo-indiaan) en vertelde wat we die ochtend zouden meemaken. De weg door de canyon was voornamelijk mul zand, waar de jeep met z'n 4 wielaandrijving nauwelijks moeite mee had. Links en rechts een hoge bergwand en veel bomen en struiken. Zo nu en dan wat koeien en schapen en een indiaan te paard. Het water zit hier niet zo diep, vandaar de begroeiing.

Een aantal Amerikanen die voor ons in de jeep zaten, waren voortdurend met elkaar aan het praten over de grootte van de boot die ze bezaten en de landen die ze allemaal al bezocht hadden. Een (leuk) meisje vroeg Waldo of we Duitsers waren (dat werd tijdens de reis vaker van ons gedacht). Waldo vertelde waar we vandaan kwamen, wat we al gezien hadden en waar we nog naar toe gingen. En dat het best de moeite waard was om ook eens Nederland te bezoeken. Ze was al in Oostenrijk , Italië en Frankrijk geweest.

Verschillende keren stopten we, waarna de chauffeur ons op de indianentekens op de wand wees en ze uitlegde. Hij vertelde ook over de inval van de Spanjaarden en later het Amerikaanse leger. Eén keer toen we stopten, stonden er twee indiaanse kinderen, die nadat ze netjes gewacht hadden tot het verhaal afgelopen was, ons zelfgemaakte kettinkjes te koop aanboden. Ik was de enige die een kettinkje kocht, gemaakt van kraaltjes en pitjes.

Wat later stopten we bij een rustplaats waar ook een toilet was. Vlakbij waren weer veel indianenstalletjes. Op de terugweg die veel sneller ging, staken we zo nu en dan ook een beekje over. We stopten een keer bij een huisje waar een oud indianenvrouwtje een zelfgemaakt kleed voor 200 dollar te koop aanbood. Iemand kocht het voor 150 dollar. Het vrouwtje vertelde nog dat ze er twee weken aan gewerkt had.

Na terugkomst dronken we koffie met iets erbij in het cafetaria.

Daarna gingen we terug naar de hotelkamer en aten wat. 's Middags gingen Sonja en ik nog de andere kant van de Canyon verkennen. De noordkant was niet zo interessant. We reden nog wat verder naar het plaatsje Tsaille, maar ook daar was niets te beleven. Het blauwe maïsbrood, waarover we gelezen hadden, was nergens te koop. We kochten wel 10 pruimen en moesten hiervoor aan de kassa $4 betalen!

Daarna reden we terug naar het hotel. Op een gegeven moment ontdekten we dat we verkeerd reden en vroegen de weg aan een paar indianen die een coral aan het bouwen waren. Die aanwijzingen volgden we en uiteindelijk kwamen we weer bij ons hotel. Wel ca. 76 km omgereden.

We lagen daarna al snel in het zwembad. Om 7 uur kwam de indianendansgroep binnen. Op het grasveldje naast het zwembad voerden ze de dansen uit. Het waren vooral kinderen dus de dansen waren eenvoudig en komisch. Na een uurtje vertrokken ze en gingen wij wat eten bij de Burger King.

16e dag 8 juli

Chinle, 191 south, bij Chambers 40 west, exit 311, door Petrified Forest, dan 180, naar Holbrook. Borden volgen East Business Route 40, bij exit 289, hotel. Best Western Arizonian Inn hotel.

Na het ontbijt, een saaie weg richting Painted Desert. Daar werd het landschap interessanter. De rotsen en heuvels hebben lagen met verschillende kleuren.

Na een licht begroeid stuk woestijn rijden we Petrified Forest binnen. Eerst een enkel stukje versteend hout. Dan het visitorcenter waar we een film zagen over de ontdekking en het uithakken van 's werelds oudste dinosaurus (Gertie genoemd). Na de film liet een ranger ons zien hoe men uit een blok steen de fossielen prepareert.

Bij de ingang van het park was de Golden Eagle pas weer geldig en kregen we ons informatiekrantje. Toen begon de ontdekking van de versteende boomstammen pas goed. Bij elke uitkijkpost lagen compleet versteende bonen, nog bijna heel of in stukken. Sommige waren zo uit elkaar gevallen dat het leek of de grond bezaait lag met houtsnippers. Dat was ook wel zo alleen waren ze allemaal versteend. Eén boomstam die over een beekje lag werd met een betonnen bruggetje ondersteund. Sommige brokken hadden schitterende kleuren en/of jaar-ringen waren goed te zien.

We spraken een Nederlandse jongen die vertelde dat ergens verderop bij een vuilnisbak een ratelslang lag met een ranger als oppas. We bekeken ook nog een ruïne van een indianenwoning, die geheel uit versteend hout was opgetrokken. Uiteindelijk kwamen we bij het museum en de giftshop zonder de ratelslang gezien te hebben. Jammer!

In de loop van de middag kwamen, bijna voor het eerst tijdens de reis wat wolken opzetten. De kleintjes ontstonden en waren even later ook weer verdwenen. Door sommige van de grote reden we voor het eerst eens niet in de zon.

Daarna reden we naar ons hotel in Holbrook. Een mooie kamer met grote luie stoelen. En een zwembadje waarin het water verwarmd was. Maar door de hoge buitentemperatuur was het in eerste instantie toch even koud. Na het zwemmen en het boodschappen doen, aten we bij Mc Donald. Vervolgens probeerden we het centrum van het plaatsje te vinden.

Dat mislukte maar we zagen wel een verlichte plek waar gedanst werd. Dat bleken indianen te zijn, waar we een tijdje naar bleven kijken. We kochten voor Waldo een T-shirt waarop ter plekke een indianenvoorstelling gedrukt werd.

Dan terug naar de kamer om tv te kijken en wat te schrijven.

17e dag 9 juli

Holbrook, 77 south, Taylor, Show Low, Carizzo, Globe, 88 naar Roosevelt, Apache Trail, Tortilla Flat, Apache Junction, US 60, via Mesa, Tempe, afslag Scottsdale Road, via Phoenix Zoo en Desert Botanical Gardens, kruising Camelback Road, vlak na kruising rechts hotel. Sunburst Resort Hotel.

Apache Trail. Vanaf Roosevelt een onverharde weg. Aan het eind Tortilla Flat. Hierna nog ca. een uur rijden naar het hotel in Scottsdale.

We reden anders dan de tour-operator had voorgesteld. Een stukje extra mooie route erbij. Via wat kleine Amerikaanse plaatsjes die allemaal wel wat op elkaar lijken, rommelig en meestal langs een lange weg.

Uiteindelijk via Roosevelt op weg naar de Apache Trail. We reden een weg voorbij die afgesloten was en bleven zoeken naar de 88, wat de Trail was. Uiteindelijk kwamen we tot de conclusie dat we verkeerd reden en begonnen iemand te zoeken om de weg te vragen. Een compleet kampeerterrein reden we over zonder iemand te zien. Toen we wegreden kwam er gelukkig net iemand aan die ons de weg kon vertellen. Het bleek dat we de afgesloten weg hadden moeten nemen!

Toen we daar weer aankwamen bleek deze niet meer afgesloten te zijn. De weg was enkele uren per dag niet toegankelijk omdat er vlakbij aan een nieuwe stuwdam gewerkt werd.

Onderweg hadden we al verschillende cactussen gezien en dat werden er nu steeds meer. Helaas waren ze allemaal al uitgebloeid. Sommige waren wel 3 meter hoog. De weg was een grindweg met veel ribbels alsof je over een wasbord reed. En erg stoffig met veel bochten. Plotseling kwam in één van de bochten een oude truck op ons af. We remden beide, maar kennelijk werkten zijn remmen niet zo goed want hij slipte en botste uiteindelijk tegen ons aan. Ik had het idee dat hij niet helemaal nuchter was. Gelukkig was de schade minimaal. We reden weer weg en hij moest aan de andere kant van zijn barrel instappen omdat de deur het niet meer deed.

Tenslotte hield de grindweg op en konden we weer wat vaart maken.

In het plaatsje Tortilla Flat stopten we om wat te gaan drinken in een klein restaurant. Opvallend was dat binnen de wanden en deuren en een deel van het plafond behangen waren met dollarbiljetten, waarop de gever zijn naam had geschreven, zijn kaartje of zelfs zijn pasfoto had bevestigd. Volgens de eigenaresse was het restaurant in 1988 gestart en hing er nu al voor zo'n $20.000 aan bankbiljetten uit 16 verschillende landen! Wij hadden helaas geen Nederlands geld bij ons.

Daarna reden we richting Phoenix. Eerst via een grote snelweg, dan de afslag en vervolgens steeds maar recht door.

Dan was er opeens de naam van het hotel. Het bleek het tot nu toe meest luxueuze. Met een zeer grote koele lobby en een redelijk groot zwembad met een whirlpool. Alleen het water was wel erg warm. De kamer was mooi.

Tijdens het zwemmen troffen we ook weer een paar Nederlanders die dezelfde tocht maakten als wij alleen in tegenovergestelde richting.

Na het zwemmen gingen we met de auto weg om ergens te gaan eten. Aan de voorkant van het hotel hing een bord waarop stond dat je er onbeperkt vis kon eten. Dus we hoefden niet ver te rijden. Het eten was lekker, maar een tweede portie hoefden we niet.

18e dag 10 juli

Winkelen?

Scottsdale, zelfde weg terug via Tempe, Mesa, dan rechtsaf afslag 8, naar de 87 south, Chandler, Coolidge, Florence, dan de 89 south, Catalina, Tucson, afslag Speedway Blvd east, op hoek met Wilmot Road (± 7e links) ligt Smuggler's Inn.

Over de weg 89 door een cacteeenbos.

Na het (gratis) ontbijt, ik was de bonnetjes ervoor kwijt maar we kregen nieuwe, gingen we de giftshop in. Sonja kocht een armband (echt indiaans en gesigneerd) en een indianenpopje. Waldo zag ook een mooie ring maar dat werd te duur. Hoewel alles met 65 % korting wegging omdat het de slappe tijd was.

Daarna vroeg ik de weg naar een winkel in Phoenix. Ik had in het Amerikaanse tijdschrift waar ik op geabonneerd ben, gelezen dat er een winkel was in artikelen om zelf bier en wijn te maken.

Het bleek nog behoorlijk ver weg te zijn (15 km). We reden via grote brede wegen met ontzettend veel autosalons, grote en mooie moderne kerken en andere gebouwen. Alles erg luxe. Toen we uiteindelijk in de buurt waren waar we moesten zijn, wist niemand ons te vertellen hoe we er moesten komen. De stad is opgedeeld in blokken van 1x1 mijl tussen de grote wegen en dan verder opgedeeld in genummerde straten of straten met een naam. Zo gaat dat kennelijk in Amerika in elke grote stad . Uiteindelijk vonden we toch iemand die ons de weg kon wijzen.

We kwamen bij een klein winkelcentrum en een klein winkeltje. Ik kocht er wat Amerikaanse hop en we spraken wat met elkaar.

Daarna reden we dezelfde weg terug en verder richting Tucson. Weer door een groot bos met kleine bomen en grote cacteeën. Toen de weg opeens afgesloten was en we moesten kiezen tussen links of rechtsaf, wisten we het niet meer. Gelukkig kwam er na enige tijd een auto aan waarvan de bestuurder ons, in licht beschonken staat, de weg wees. Later ging het nog eens fout, maar toen kon ik de weg vragen aan een oude indiaan die met een walkman op, zijn groentetuintje aan het wieden was.

Onderweg dronken we koffie met een homemade apple-pie. Voor het eerst zagen we vandaag vlak voor de auto langs, een renkoekoek (roadrunner).

Op een gegeven moment zagen we langs de weg steeds meer gebouwtjes en winkeltjes enz. en even later reden we Tucson binnen. Een flinke grote stad met dus drukke wegen. Men rijdt in drie rijen naast elkaar en je mag links en rechts passeren. Als je van rijbaan verandert moet je wel goed uitkijken en richting aangeven. Sommige wegen hebben links drie en rechts drie en in het midden nog een baan. Die wordt dan gebruikt om links af te slaan.

Opeens stonden we voor ons hotel. Alweer het tot nu toe het meest luxe. Een ruime en koele lobby. De kamer is zeer ruim met luie stoelen en een bankje, koelkast, fornuis enz. We kregen bonnen voor een welkomstdrankje. Vanaf het balkon konden we het zwembad zien waar we al snel in lagen.

Daarna het welkomstdrankje.

We aten in het hotel. Sonja en Waldo Italiaans en ik een halve kip. Tijdens het eten zagen we buiten tegen een muur een soort gekko lopen. En Sonja ontdekte een kolibrie. Een bijna geheel bruin vogeltje van nauwelijks een pink groot. Het kon heel mooi stil hangen in de lucht.

19e dag 11 juli

Winkelen? Arizona Sonora Desert Museum. Of Pimas Airport.

Na het ontbijt reden we naar het Sonora Desert Museum. Het bleek een gebouw te zijn met informatie over het leven in de woestijn en op een open stuk terrein met cacteeën en andere planten stonden kooien met allerlei dieren (het diende als voorbeeld voor net zo'n park vlak bij Arnhem). Het was weer heet maar in de verte was te zien dat het weer ging veranderen.

Gisteren zagen we één kolibrie, nu een kooi vol met allemaal verschillende. Ze wegen ca. 2,5 gram en maken ontzettend veel vleugelslagen. Op sommige plaatsen zaten mensen van het museum om over allerlei dingen uitleg te geven. We zagen verschillende soorten schorpioenen die ook in de omgeving in de vrije natuur voorkomen. We zagen in de tuin waar we doorheen liepen ook nog 2 slangen die daar vrij rondkropen.

Toen we weer wilden vertrekken zei iemand dat er nog een demonstratie met een slang gegeven zou worden. Dus wij weer naar binnen. In de hoek stond iemand een jute zak open te maken. De man keek in de zak en stak dan zijn hand er in. Soms trok hij zijn hand weer snel terug. Het bleek dat hij de kop van de slang zocht. De slang was niet giftig maar kon wel bijten, vandaar dat hij wat voorzichtig was. Het was een wurgslang (bulldogslang), die uit de koelte kwam en dus niet zo erg actief was. Hij liet de slang om zijn arm heen draaien wat het beest wel prettig vond, want dan kon hij zich wat opwarmen. De man vertelde er wat over en we mochten aan de slang voelen. De onderkant was glad en de bovenkant geschubd. Het beest zelf vond de belangstelling niet zo prettig, je zag steeds vaker zijn tong naar buiten komen. Toen we het museum uitliepen regende het lichtjes.

We reden naar Old Tucson. Een klein filmstadje dat nu toeristen trekt. We wandelden er doorheen. Op diverse tijden was er een show of demonstratie met knallende pistolen en geweren.

We reden de stad weer door op weg naar het Pima museum. We reden eerst bijna een Amerikaanse luchtmachtbasis op. De wacht vertelde ons hoe we wel moesten rijden en we mochten keren. We zagen honderden vliegtuigen in de "mottenballen"staan, maar zijn niet verder dan het hek gegaan. Op de terugweg aten we wat bij Burger King.

Terwijl ik dit schrijf hoor ik op de tv dat in de staat Missouri door de grote regenval en de overstromingen al 30.000 mensen dakloos geworden zijn en er al 14 doden zijn.

We gaan op tijd naar bed want morgen moeten we weer een flink stuk rijden.

20e dag 12 juli

Tucson, zelfde weg terug tot afslag naar Interstate 10, Gila Bend, Yuma, El Centra, San Diego, afslag naar Sea World, Mission Bay Drive of Ingraham Str., dan naar Mission Blvd, afslag Pacific Drive. Blue Sea Lodge hotel.

De weg was lang en meest eentonig. Halverwege opeens wat zandduinen. Verder voornamelijk woestijn.

Dan naderen we San Diego. Grote drukke 3 of 4-baanswegen. We namen eerst richting Beaches omdat het hotel aan het strand ligt. Vervolgens reden we langs het bekende Seaworld en in een winkelstraat zag ik opeens een minibrouwerij.

We gingen naar binnen en ik mocht de brouwerij bekijken. Voornamelijk roestvrij staal dus niet zo erg mooi. Daarna konden we een proefset bier bestellen. 5 glaasjes met verschillende bieren. Erg leuk en lekker. We vragen meteen de weg en blijken vlakbij het hotel te zitten.

De kamer is weer één van de minder mooie en er hangt nog een gebruikte handdoek. Er is geen bad en de airco werkt niet optimaal. Bij het dichttrekken van de gordijnen blijkt de roe niet goed vast aan het plafond te zitten.

Waldo had in de Gouden Gids een aantal adressen van Ferrari-dealers gevonden. Dus reden we even later de stad in om die te zoeken. Dat viel eerst niet mee, maar een motoragent wees ons de weg.

Bij de showroom stopten we en gingen Waldo en ik naar binnen. Eerst kwam er niemand en daarna kwam er een Japanse heer op ons af. Hij gaf toestemming om rond te kijken en te filmen. We kregen ook informatie en Waldo kreeg een fotokopie over de nieuwste Ferrari.

Daarna reden we terug om "Old Town" te zien. Het oorspronkelijke stadje met veel oude huisjes en restaurants. Eerst reden we weer verkeerd, maar nadat we een kaart van de stad gekocht hadden en iemand de weg vroegen, ging het goed. We parkeerden de auto en zagen een bus staan die ons, tegen een door ons vast te stellen bedrag het stadje liet zien.

Het was al 7 uur dus we gingen al snel een (mexicaans) restaurant binnen. Daar aten we lekker en vervolgens wandelden we naar de auto terug.

Omdat het al donker was moesten we 2x de weg vragen. De parkeergarage onder het hotel was vol dus we moesten de auto buiten laten staan.

We moesten eigenlijk ook vandaag nog de retourvlucht bevestigen bij Air France in Los Angeles. Het telefoonnummer dat we gekregen hadden klopte niet. Dus de volgende dag maar proberen.

21e dag 13 juli

Dagje San Diego.

Om 8 uur probeerde ik al via de operator het vliegveld te bellen. Dat mislukte, dus ik naar de balie. Daar lukte het uiteindelijk gelukkig wel. Dus we konden op tijd terug.

Volgens de TV is het 75°F dus 24°C en bewolkt. Dat klopt. We rijden naar "Down Town". Het is erg druk en het zonnetje is weer tevoorschijn gekomen. We parkeren de auto en bekijken wat winkels. Het is niet het mooiste deel van de stad. Er lopen of zitten ook wat zwervers. Er rijdt een rode tram die ze hier trolley noemen.

Ik ontdekte een kleine brouwerij die nog gesloten was. Er bleek in de buurt nog een brouwerijtje te zijn. Ook deze was gesloten, maar zou spoedig open gaan. We haalden de auto op en reden richting brouwerij.

Onderweg zagen we een winkel waar vuurwapens werden verkocht. Er zat een groot gat in het raam en er stond een bordje dat de winkel verplaatst was. Daar keken Waldo en ik even binnen. Je kon er allerlei pistolen en geweren kopen zelfs automatische. Het bleek wel dat je een vergunning nodig had. Volgens de verkoper had iemand een baksteen door het raam van de andere winkel gegooid.

Het brouwerijtje was geopend en bleek eigenlijk een groot restaurant met een minibrouwerij. We parkeerden de auto en deden voor 1 uur geld in de meter. We namen binnen een proefset bier. Toen de ober vroeg hoe ik het vond, zei ik dat ik er één niet zo goed vond. En ik vroeg of de brouwmeester aanwezig was. Een tijdje later kwam er een dame op ons af, die de brouwmeester bleek te zijn. Ik vertelde haar van dat ene bier dat teveel diacetyl had en dat ik thuis ook zelf bier brouwde. Volgens haar was het bier wel goed! Typisch Engels zei ze. Ze vertelde nog wat over de brouwerij en vertrok weer. Daarna zag Sonja dat ze toch een glaasje van dat ene bier ging proeven.

We moesten een hele tijd op het eten wachten en daarna op de rekening. Omdat we die met een cheque betaalden duurde het nog langer. Toen ik naar buiten keek, zag ik een agent een bon schrijven bij onze auto. Ik rende naar buiten maar er was niets meer aan te doen. Volgens mijn horloge was ik maar één minuut te laat!

Kwaad reden we eerst terug naar het hotel en maakten de envelop open waar de bon in zat. Die kon je gebruiken om per cheque te betalen. Er zat een adres in waar je contant kon betalen. We besloten terug te gaan om te proberen de bon ongedaan te maken. Bij het gebouw waar we moesten zijn, kon ik geen parkeerplaats vinden dus ik zette de auto maar op een plaats waar het niet mocht. Sonja ging er in zitten en Waldo en ik gingen naar binnen. We konden aansluiten in de rij. Vooraan stond iemand in uniform, ik dacht om de mensen te vertellen bij welk loket ze moesten zijn. Toen we aan de beurt waren vroeg hij wat we kwamen doen. Ik zei dat ik een bon had, maar eigenlijk niet wilde betalen. Ik vroeg bij welk loket ik dan moest zijn. Hij werd een beetje pissig, omdat naar later bleek hij de zaken regelde en niet degene die achter het loket zat. We moesten op een bankje gaan zitten en na een tijdje kwam hij ons papieren brengen om in te vullen. Toen dat klaar was konden we in de rij gaan staan voor het loket. Daar werd verteld dat we van de zaak schriftelijk bericht zouden krijgen (nooit gehad !).

Terug bij de auto zei Sonja dat ze geprobeerd hadden om haar weg te slepen, maar dat bleek een grapje.

We reden naar het adres van een volgende Ferrari-dealer dat Waldo in de Gouden Gids gevonden had. Na een hele tijd zoeken en vragen belandden we bij een fotograaf. Hij bleek Ferrari te heten!

Weer terug naar het hotel. Sonja en ik gingen een strandwandeling maken, waarbij ik nog een duik nam in de Grote Oceaan.

22e dag 14 juli

San Diego

Om 9 uur stonden we op en ik probeerde het ontbijt te halen. Omdat kennelijk niemand zijn dienblaadje had teruggebracht, moesten Sonja en ik het ontbijt in drieën ophalen. We hebben dan weer sinaasappelsap, koffie en zoete koeken.

Daarna reden we richting Wild Life Park San Diego dat ca. 40 mijl verder ligt.  De parkeerplaats kost $ 3 en toen we in de rij stonden voor de kassa zagen we dat het $ 17,50 per persoon was. Bijna iedereen had een kartonnetje in de hand dat kennelijk recht op korting gaf. Een paar Nederlanders in de rij naast ons kregen van iemand ook zo'n kartonnetje. Daarna kregen ze nog eens wat en gaven de andere aan ons. Van iemand anders kregen we ook weer wat en we gaven de vorige weer aan degene die achter ons stond. We betaalden nu de entree met $ 12 korting!

Het was een mooi park, heel ruim opgezet. We hebben 2x de monorail genomen, die door allerlei vlaktes rijdt waar dan de dieren uit verschillende delen uit de wereld rond lopen. Er was een vlindertuin met ook kolibries en een tak met parasolmieren. We bezochten een vogelshow waar vogels allerlei trucjes deden. Er was een kruidentuin, een cactuskas en één met bonsaiboompjes. En overal tentjes waar je iets kon eten en/of drinken.

Tenslotte waren we te moe om nog wat te bekijken en reden weer terug naar San Diego.

Ik wilde gaan eten bij een brouwerij waar we verschillende keren langs waren gereden. Deze was gesloten en dus reden we verder naar een volgend brouwerijtje met restaurant. Sonja en ik namen eerst de proefset, die hier uit 8 glaasjes bestond. Daarna gingen we eten. Waldo nam pasta, Sonja kreeg kippebout en ik zalm. Alles bij elkaar werd het $ 47,41 waarbij dan nog $ 7 fooi kwam. In Nederlands geld zo'n F 108, niet goedkoop dus.

Terug naar het hotel en alles alvast inpakken, morgen moeten we vroeg op pad. We hebben onderweg wat wieldoppen verzameld (langs de kant van de weg). We besluiten om deze toch maar niet mee te nemen. Het kamermeisje zal wel vreemd opkijken. Ik heb bij de balie gevraagd ons om half 7 te wekken.

23e en 24e dag 15 en 16 juli

Vlucht naar Parijs en Schiphol

Terug naar Interstate 5 north, dan 5 naar Los Angeles (Santa Ana Freeway), tot Glendale, dan de 134 west tot Universal Studio's. Verder de 101 west, tot afslag 405 south (San Diego Freeway), dan tot LA Int.Airport.

Auto inleveren op International Airport.

Gewekt door de telefoon.

Na het ontbijt inpakken en op weg naar Los Angeles. De weg gaat eerst een stuk langs de kust en dan landinwaarts. Het wordt ook steeds drukker. Als we vlak bij de stad zijn is in de verte al Hollywood te lezen.

In de stad moeten we even zoeken en zijn dan bij de garage van Universal Studio's. Het is een groots opgezet amusementspark met studio's waar nog films worden opgenomen. We bezoeken de meest spectaculaire attracties ondanks de lange rijen die er steeds voor staan. We maken een rit met de bus/trein die onderweg ook voor allerlei verrassingen zorgt (inzakkende brug, Jaws, aardbeving en brand).

Soms is de rij wachtenden (in de brandende zon) zo groot dat de sproei-installatie erboven die water verneveld geen overbodige luxe is. Als we in de rij voor "Back to the Future" eindelijk het gebouw naar binnen mogen blijkt de rij daar gewoon verder te gaan!

De uiteindelijke attractie, het rijden in een auto die door de lucht gaat, voelt zo echt aan dat ik er enigszins misselijk weer uit kom.

Om een uur of 6 vertrekken we richting LAX (Los Angeles International Airport). Even zoeken in de drukte, maar we komen er. Langs de weg staat dat de volgende 6 afslagen naar het vliegveld gaan. Door een toeval? nemen we precies de goede en rijden zo naar Alamo waar we de auto moeten inleveren. Dat gaat gemakkelijk en snel en even later zitten we in de bus van Alamo die ons naar de Air France balie brengt.

Om 22:45 (3 kwartier vertraging) gaan we de lucht in. Het vliegtuig is wat kleiner en minder geriefelijk dan op de heenreis. Tegen 12 uur 's nachts krijgen we ons diner, waarna de ramen verduisterd moeten worden en de verlichting minder wordt. We proberen wat te slapen. Maar door het lawaai van de motoren en de ongemakkelijke stoelen lukt dat nauwelijks. Als we zo nu en dan even door het raam kijken is het alweer dag geworden. We vliegen wat sneller dan op de heenreis met een grondsnelheid van 1050 km/uur op 12 km hoogte. Daardoor valt de terugreis toch nog wel mee.

Vlak voor Engeland krijgen we ons ontbijt. Even later landen we in Parijs en rijden met de bus over het vliegveld naar het toestel voor Amsterdam.

Het regent zachtjes. Het vliegtuig is lang niet vol en 45 minuten later staan we op Schiphol.

De douane doet moeilijk als we vertellen een armband te hebben gekocht in de VS. Het blijkt dat we maar voor F 125 per persoon mogen invoeren. De bon van de armband waarop staat dat we deze met 65 % korting hebben gekocht, kunnen we niet zo gauw vinden. De douanier doorzoekt alles. Zelfs de toilettasjes moeten open. Hij moet wat glimlachen bij de vele stukjes hotelzeep die we als souvenir hebben meegenomen.

We blijken ruim boven het toegestane bedrag te zitten, maar hoeven gelukkig toch niet bij te betalen. Als we eindelijk de deur doorgaan staat Lida met Esther ons op te wachten. We worden met de auto naar huis gebracht. Jasper kunnen we de volgende dag ophalen.

Deze vakantie duurde 24 dagen (incl. vliegen). We hebben in totaal 6061 km gereden.

Met 118 gallon benzine (446 liter), ca. F 282. Benzine kost gemiddeld $ 1,27 per gallon (F 0,65 per liter).

Souvenirs:

Armband, Nintendo spel, Videobanden, Kachinaindianenpop, halsketting, halsketting, "ratelslangeieren", hoed. muziekcassette, 2 indianen popjes, folders, slangehuid, stukje woestijnroos, hematiet, bieretiketten, Sequoia-denappel, fossiel visje, Ratelslangbierflesje, ansichtkaarten, woestijnzand, cactusjam, 1 rolletje foto’s, 21/2 videofilm, zakje zwarte bonen om thuis te planten,

11 diarolletjes, kalender, verdroogde cactus, cactussnoepjes vogelnestje gemaakt van paddestoelen, En uit de hotels: lucifers (voor Henk Borst), zeepjes, parfum en balpennen.  

 ================================================================

bezochte hotels:

Richelieu-hotel (San Francisco).

Bass Lake Pines Resort hotel.

Three Rivers Best Western Holiday Lodge.

Bourbon Street Hotel (Las Vegas).

Best Western Driftwood Lodge.

Bryce Canyon Lodge Motel.

Best Western Weston Inn.

Red Feather Inn.

Goldings Lodge.

Thunderbird Lodge.

Best Western Arizonian Inn hotel.

Sunburst Resort Hotel.

Smuggler's Inn.

Blue Sea Lodge hotel (San Diego).

 

'